Twee weken terug zat ik in de auto, onderweg naar een opdrachtgever. Het was ’s morgens heel vroeg, thuis sliep iedereen nog. Eenmaal onderweg wilde ik iets zeggen tegen de radio en toen gebeurde het: helemaal niets. Geen geluid.
Ok, niets aan de hand, even de keel schrapen en nog eens proberen. Nee hoor, niets. En dat is echt bizar kan ik je vertellen. Hoe ik ook probeerde geluid te produceren, er kwam niets. Ik kwam erachter dat ik wel kon fluisteren, dat is in ieder geval iets… Zo ben ik fluisterend de dag doorgekomen, tot ik op een rustig moment eens ging Googlen op wat er eigenlijk aan de hand kon zijn. Ik ontdekte dat er waarschijnlijk een verkoudheidsvirus in mijn stembanden was gaan wonen, waardoor die waren opgezwollen en niet meer werkten. Duurt meestal 4 tot 14 dagen (!) en o ja, het slechtste wat je kunt doen is: fluisteren, want daar wordt het alleen maar erger van…
Diezelfde dag ben ik nog langs de huisarts gereden (ik kon niet bellen om een afspraak te maken, dus moest er echt langs). Zij bevestigde het verkoudheids-virus vermoeden. Daar zijn geen medicijnen voor, de ‘behandeling’ bestaat uit: Totale stilte…
Werken was sowieso niet mogelijk, maar ja, de kinderen moesten wel eten, naar bed, de boodschappen moesten gedaan worden. Regelmatig ging mijn telefoon, maar opnemen had geen zin. Wat een situatie…
Het naarste vond ik nog dat ik niet wist hoe lang het zou duren. Welke afspraken moest ik afzeggen en welke kon ik nog nakomen?
Sommige mensen wensten me toe dat ik genoot van de ‘kracht van de stilte’. Ongetwijfeld met de beste bedoelingen, maar dat was voor mij echt niet weggelegd.
Het confronteerde mij wel weer met hoe belangrijk de eigen rol van de patiënt is. Ik kon echt alleen mezelf genezen, in dit geval door 100% stil te zijn. Zoals in andere gevallen geldt dat je alleen geneest door trouw je medicatie te nemen, je dieet te volgen of je oefeningen te doen.
Dat was echt moeilijk en als ik niet precies had geweten waarvoor ik het deed (ik had een erg belangrijke presentatie 7 dagen later), dan had ik het niet vol kunnen houden en had het langer geduurd voor ik weer beter was.
Ook artsen lopen hier voortdurend tegenaan: de eigen rol van patiënten is cruciaal voor herstel en voor het gezond blijven. Therapietrouw is laag, in Nederland gemiddeld 70% volgens therapietrouwmonitor.nl. Volgens de WHO (Wereldgezondheids Organisatie) is het percentage in ontwikkelde landen zelfs maar 50% bij chronische aandoeningen. Zij schrijven:
“Poor adherence is the primary reason for not achieving the full health benefits medicines can provide to patients. It causes medical and psychosocial complications of disease, reduces patients’ quality of life, increases the likelihood of development of drug resistance and wastes health care resources”
Dit laat nogmaals het belang zien van gezamenlijk beslissen, zodat de patiënt écht achter zijn behandeling staat en weet waar hij het voor doet. Dit zal de therapietrouw wellicht niet naar 100% brengen, maar zeker verhogen. Ook leidt het samenwerken als een team ertoe dat een patiënt sneller contact met de arts opneemt als hij een bijwerking ervaart of als er iets verandert in zijn situatie. Anders zou hij wellicht gewoon met de behandeling stoppen. Momenteel doen zo’n 10% van de patiënten dit bij de meeste aandoeningen, volgens therapietrouwmonitor.nl.
En het mooie is dat dit ‘extra’ medicijngebruik leidt tot lagere kosten, zo schrijft de WHO ook:
“Poor adherence also leads to more frequent and longer hospital stays, use of emergency rooms and use of intensive care services. All of these are very expensive. In total, poor adherence is estimated to cost approximately $100 billion per year. Better adherence will not threaten health care budgets. On the contrary, adherence to those medicines already prescribed will result in a significant decrease in the overall health budget.”
Therapietrouw leidt dus tot betere zorg en daardoor tot lagere kosten. Wat wil je nog meer?
Samen voor beter zorg,
Wil Konings